Dummy
Knieschijf instabiliteit (patella luxatie)
Informatie over de instabiele knieschijf
Algemeen
Oorzaak
Symptomen
Onderzoek
Behandeling
Wat is een knieschijf?
De knie bestaat uit drie botstukken. Het dijbeen, scheenbeen en knieschijf. De knieschijf wordt ook wel een sesambot genoemd. De knieschijf is onderdeel van de strekketen van de knie. De sterke spieren van het bovenbeen zorgen dat de knie kan strekken. Zonder knieschijf is dat bijna niet mogelijk.
De knieschijf glijdt door een groef die trochlea heet. De trochela geeft door zijn vorm stabiliteit aan de knieschijf. Daarbij wordt de knieschijf gestabiliseerd door spieren en banden. De mediaal patella femoraal ligament is hierbij de belangrijkste.
Wat is de oorzaak voor knieschijf instabiliteit (patella luxatie)?
Knieschijf instabiliteit komt vaak voor in combinatie met een aangeboren afwijking. Een vlakke knieschijf of een ondiepe groef (trochlea) kunnen ervoor zorgen dat de knieschijf gemakkelijk kan luxeren. Een lange kniepees waardoor de knieschijf hoger komt te staan (patella Alta) is soms ook een oorzaak.
Ten eerste is er sprake geweest van een trauma moment. Meestal staat de voet vast op de grond en verdraai je de knie door abrupt te remmen, wisselen van richting of landen na een sprong. Een andere oorzaak kan een contact trauma zijn. Een botsing tegen de knie met een tegenstander of voorwerp (paaltje).
De knieschijf verplaatst zich meestal naar de buitenkant (lateraal) Soms naar binnen (mediaal) toe. De knie is gebogen en strekken lukt vaak niet meer. Er is sprake van een sub-luxatie als de knieschijf uit zichzelf weer op zijn plek komt.
De knieschijf wordt doorgaans met behulp van pijnreductie medicatie teruggeplaatst. De knie zwelt op en buigen is pijnlijk. Door de verplaatsing van de knieschijf scheurt namelijk het kapsel en soms een band. Dit zorgt voor een bloeding en de forse zwelling van de knie.
Wat zijn de symptomen van een instabiele knie (patella luxatie)?
De knie is direct na het letsel erg pijnlijk en buigen en strekken gaat moeizaam. De knie is gezwollen en is aan de binnenkant meestal pijnlijk. Er kan een blauwe verkleuring (hematoom) ontstaan.
De knie voelt instabiel en de controle verminderd door de atrofie van de bovenbeenspieren (afname van omvang en kracht quadriceps).
Het lopen, traplopen gaat moeizaam en er blijft vaak langer pijn rondom de knieschijf bestaan bij belasten.
Hoe onderzoek je een instabiele knieschijf?
Het onderzoek is niet heel ingewikkeld, want de knieschijf zit duidelijk zichtbaar niet meer op zijn plek. Toch is de diagnostiek in sommige gevallen lastig. Het non-contacttrauma (knie verdraaien) is hetzelfde als die van de voorste kruisband. Soms schiet de knieschijf direct tijdens/na het trauma weer terug en omdat het zo snel gaat is het niet precies duidelijk wat er gebeurd is. Een forse zwelling volgt, net als bij een voorste kruisbandletsel. Verder bestaat het onderzoek uit een röntgenfoto en MRI-scan. Een vervolgstap is namelijk om te onderzoeken waarom de knieschijf luxeert. Zijn er aangeboren afwijkingen (ondiep gootje, vlakke knieschijf of hoogstand van de knieschijf) die de luxatie kunnen verklaren. Daarbij kan met een MRI op een subtiele manier in kaart worden gebracht wat de schade is. Hierbij wordt specifiek gekeken naar het mediaal patellofemoraal ligament en kraakbeen achter de knieschijf.
Hoe ziet de behandeling eruit na een knieschijf luxatie (patella luxatie)?
De eerste stap is om de knieschijf weer terug op zijn plek te krijgen. Door zachtjes aan de laterale zijde te drukken richting het midden en tegelijk de knie te strekken, kan de knieschijf weer teruggezet worden. Door de (afweer)pijn is het meestal niet mogelijk en is het wachten op de ambulance. Zij kunnen onder een verdoving de knieschijf reponeren.
Vervolgens moet een brace aangemeten worden om de knie te stabiliseren en te laten herstellen. De brace wordt in volledige strekking afgesteld en afhankelijk van het beleid in het ziekenhuis verloopt de opbouw volgens een vast schema. Tot week 2 staat de brace afgesteld op 0-30 graden, tot week 4 60 graden en tot week 6 op 90 graden. Na 6 weken mag de brace af. Ondertussen is het verstandig om te beginnen met het trainen en oefenen van de beenspieren onder begeleiding van een fysiotherapeut. Door de hoeveelheid vocht, de immobiliteit en de brace is de spierkracht fors afgenomen en begint een intensief traject van oefenen en trainen.
Bij terugkerende luxaties en onvoldoende effect van de fysiotherapeutische behandeling wordt er vervolgonderzoek gedaan. In sommige gevallen kan operatief worden ingegrepen. In de meeste gevallen gebeurt dit door een reconstructie van het mediale patellofemorale ligament (MPFL). Deze zorgt voor meer stabiliteit van de knieschijf en voorkomt daardoor luxatie. Na een dergelijke operatie is fysiotherapie nodig om te herstellen. Pijnklachten zijn geen indicatie voor een operatie. Een stabilisatie operatie van de knieschijf ondergaan of conservatief revalideren. Deze beslissing wordt gemaakt in overleg met je zorgverlener.